Analyse – Na tien jaar status quo veranderen de Franstalige PS van koers
85 procent van de aangiftes gebeurt in Vlaanderen, terwijl 15 procent in Franstalig België wordt gedaan.
De bocht van de PS in het euthanasiedossier heeft alle Vlaamse betrokkenen, op het politieke veld en in de sector zelf, behoorlijk verrast. Want tien jaar euthanasiepraktijk heeft vooral geleerd dat ook hierover het noorden en het zuiden van het land verdeeld zijn.
In het eerste jaar van de registratie, 2003, telde het Nationaal Instituut voor de Statistiek 235 gevallen van euthanasie. Tien jaar later is dat getal vervijfvoudigd tot ruim duizend aangegeven gevallen per jaar. Dat is geen marginaal gegeven meer, maar ook niet meteen de norm: slechts een procent van het aantal overlijdens wordt door euthanasie veroorzaakt. Palliatieve sedatie, waarbij terminale patiënten via steeds groter wordende dosissen pijnstiller in een coma wegzinken en vervolgens overlijden, komt acht keer zo veel voor. Maar binnen de euthanasiepraktijk valt een ander cijfer nog meer op: 85 procent van de aangiftes gebeurt in Vlaanderen, terwijl 15 procent in Franstalig België wordt gedaan. Dat is nog eigenaardiger wanneer men bedenkt dat de gezondheidssector in Vlaanderen veel meer gedomineerd wordt door christelijk geïnspireerde verzorgingsinstellingen, waar euthanasie in de raden van bestuur nog altijd op stevige ethische weerstand stuit, terwijl in Wallonië veel meer gezondheidszorg in openbare instellingen wordt georganiseerd. Het verschil heeft dan ook meer met een medische cultuur en mentaliteit te maken, dan met filosofische levensbeschouwing. Franstalige artsen worden nog steeds opgeleid in de geest van de colloque singulier. Wat arts en patiënt onderling beslissen behoort integraal tot hun private medische relatie, en daar heeft eigenlijk niemand anders zaken mee. En al zeker de overheid niet. Dat verklaart de geringe aangiftebereidheid, waardoor het dark number van euthanasiegevallen in Wallonië meer dan waarschijnlijk veel groter is dan in Vlaanderen.
Zelfbeschikkingsrecht
Daarnaast is de relatie arts-patiënt in Vlaanderen iets meer geëmancipeerd. Patiëntenrechten zijn er meer ingeburgerd, en ook artsen, zeker bij de nieuwe generatie, aanvaarden meer en meer dat de patiënt niet alleen een te behandelen object is, maar een volwaardige partner in de zorgrelatie. Waarin hij zelfs, zoals bij euthanasie, een volledig autonoom zelfbeschikkingsrecht mag opeisen. In Wallonië ligt dat nog een beetje anders. Net omwille van die colloque singulier wordt daar nog vaak een vrij paternalistisch arts-patiënt model gehanteerd waarbij de arts zowat alles, en de patiënt bitter weinig te zeggen heeft. Ook dat maakt dat beslissingen tot euthanasie – waar een arts vaak meer moeite mee heeft dan de patiënt – er minder genomen worden, en de beslissing tot palliatieve sedatie des te meer. Dat heeft tien jaar lang geleid tot een feitelijke status quo in de wetgeving. Alleen aan Vlaamse kant vond men in de sector zelf verdedigers van de uitbreiding van de wetgeving naar minderjarigen en dementerende wilsonbekwamen, en ook daar alleen waren er politieke voorstanders te vinden. Het waren in al die jaren alleen sp.a’ers zoals Myriam Vanlerberghe of Marleen Temmerman, of Open Vld’ers als Jean-Jacques De Gucht die in de frontlinie van de uitbreiding stonden. De PS bleef twijfelachtig, ook al omdat men vond dat er eerst een evaluatietijd overheen moest gaan voor men opnieuw tegen de CD&V-kar zou rijden. Bovendien bestond bij de PS ook de vrees dat een heropening van het debat ook de kans zou geven aan tegenstanders van de huidige regeling om de toch vrij liberale wetgeving opnieuw te verstrengen.
Ultiem middel
Maar dat lijkt politiek niet het geval te zijn. Ook al staat de CD&V niet te springen om een verruiming van de toepassing, er is evenmin veel animo om de bestaande regels terug strenger te maken. Ook omdat ze aanvoelen dat op het veld, na tien jaar praktijk, en dan meer bij artsen en verpleegkundigen dan bij de directies van hun zorginstellingen, de aanvaarding van euthanasie als een ultiem middel van palliatieve zorg meer en meer ingeburgerd is.
Yves Desmet