Algemeen

Paarse partijen willen euthanasiewet uitbreiden naar minderjarigen

Dit bericht delen

Socialisten en liberalen hebben vier wetsvoorstellen ingediend voor de uitbreiding van de euthanasiewet. Zo willen ze dat euthanasie ook mogelijk is voor wilsbekwame minderjarigen, mits schriftelijk akkoord van de ouders of voogd. De wilsverklaring wordt blijvend geldig, tenzij de ondertekenaar ze herroept of expliciet een einddatum heeft ingeschreven. Artsen krijgen zeven dagen om te beslissen of ze ingaan op de euthanasievraag en vier dagen om het dossier door te geven aan een andere arts. Indien ze niet op de vraag wensen in te gaan, zijn ze verplicht het patiëntendossier door te geven. De gewetensclausule geldt enkel voor de arts. Ze mogen niet verhinderd worden door de zorginstelling om op een euthanasievraag in te gaan.

Het initiatief voor de wetsvoorstellen gaat uit van de vier partijen die al jaren rond het thema werken, verduidelijkte Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) deze keuze. De andere meerderheidspartijen hebben geen voorstellen neergelegd en de N-VA-teksten zijn recent neergelegd, voegde hij eraan toe. Guy Swennen (sp.a) zei dat dit gezien de omstandigheden (de legislatuur duurt nog een klein jaar) de meest aangewezen methode was. Christine Defraigne (MR) wees erop dat in ethische dossiers de vrijheid van de parlementsleden geldt, terwijl Philippe Mahoux (PS) zei dat hij steeds een parlementaire meerderheid heeft nagestreefd inzake euthanasie, en nooit gedacht heeft aan de tegenstelling meerderheid-oppositie.

Tijdens de vorige zitting van de verenigde commissie Justitie en Sociale Zaken maakte cdH duidelijk dat de partij het moeilijk zou hebben met een wisselmeerderheid voor een aanpassing van de euthanasiewet. Zowel de groenen als N-VA boden de paarse partijen dergelijke wisselmeerderheid aan. CD&V liet de deur op een kier en wilde het debat aangaan over aanpassingen aan de huidige wet, en op basis daarvan beslissen of ze een voorstel zou steunen.

Geen leeftijd op lijden
Het eerste wetsvoorstel breidt de euthanasiewet uit tot wilsbekwame minderjarigen. “Op lijden staat geen leeftijd”, verantwoordde De Gucht de uitbreiding. De wilsbekwaamheid en het feit of de minderjarige over voldoende oordelingsvermogen beschikt, wordt vastgesteld door een kinder- of jeugdpsychiater of een psycholoog, die de behandelende arts bijstaat. Bovendien moeten de ouders of voogd bij de beslissing betrokken worden en moeten ze schriftelijk hun akkoord geven. De tekst garandeert voorts ook psychologische bijstand tijdens de euthanasieprocedure voor de minder- of meerderjarige patiënt en zijn naasten.

Een tweede voorstel maakt de wilsverklaring, waarin mensen aangeven dat ze euthanasie willen wanneer ze in een onomkeerbare coma terechtkomen, onbeperkt geldig. Nu is de wilsverklaring slechts vijf jaar geldig. De ondertekenaar kan zijn wilsverklaring steeds herroepen en kan zelf een einddatum voor de geldigheid van de verklaring inschrijven.

Hoogdringendheid
Het derde wetsvoorstel legt de arts termijnen op waarin hij moet beslissen of hij ingaat op een euthanasieverzoek. Hij moet antwoorden binnen de zeven dagen bij niet-medische hoogdringendheid en heeft vier dagen tijd om het dossier door te geven aan de arts die de patiënt of zijn vertrouwenspersoon aanduidt. In de huidige wet heeft de arts enkel een informatieplicht.

Het laatste wetsvoorstel verduidelijkt dat enkel de arts een gewetensclausule kan inroepen inzake euthanasie, en niet de zorginstellingen. Uit de hoorzittingen bleek dat een aantal instellingen in een conventie een verbod inschrijft voor de arts om euthanasie uit te voeren. De arts heeft de vrijheid om al dan niet in te gaan op een euthanasievraag. Artsen die wél euthanasie willen uitvoeren, mogen daartoe niet verhinderd worden door één of andere overeenkomst met de zorginstelling waar ze werken. Dit wordt zowel in de ziekenhuis- als de euthanasiewet ingeschreven.

Andere nieuwsberichten

Algemeen

Jean-Jacques De Gucht op bezoek in de villa van Marcel Vanthilt

Algemeen

Open Vld-lijst volledig