Algemeen

Laat donorkinderen echte vader kennen

Dit bericht delen

JEAN-JACQUES DE GUCHT PLEIT VOOR VERSOEPELING WET

een ontmoeting vanaf 18 jaar moet kunnen, zolang de biologische papa zijn akkoord geeft
Jean-Jacques De Gucht

Na euthanasie voor minderjarigen en de keuze van familienamen wil Open Vld voor de verkiezingen nog een derde ethische kwestie beslechten. Jean-Jacques De Gucht en Sabien Lahaye-Battheu pleiten voor een versoepeling van de wetgeving rond zaadceldonatie. “Dat is nodig om het dreigend tekort aan donorzaad aan te pakken en om rekening te kunnen houden met de wens van donorkinderen om hun biologische vader te leren kennen.”

Alsof de Vlaamse liberalen de CD&V nog niet genoeg gejend hebben met de goedkeuring van euthanasie voor minderjarigen én de nakende invoering van de vrije keuze van de familienamen, legt Open Vld nu met de versoepeling van de wetgeving rond spermadonoren een derde heikel thema op tafel. “De fertiliteitscentra van Brussel, Gent en Leuven hebben pas de alarmbel geluid omdat er een donorentekort dreigt”, zegt senator Jean-Jacques De Gucht. “Niet alleen stijgt de vraag bij lesbische koppels en bewust alleenstaande moeders, ook steeds meer buitenlanders komen naar ons land voor een behandeling met donorzaad.” Dat heeft geleid tot een spectaculaire toename van de vruchtbaarheidsbehandelingen in ons land. Tussen 2006 en 2010 is het aantal behandelingen met ruim 30% gestegen van 25.049 tot 32.817 – al zijn daar ook IVF-pogingen bij zonder donorzaad. Die groei heeft onder meer te maken met de beslissing in Nederland om komaf te maken met anonieme donaties. “Daardoor is de bereidheid tot doneren er fors gedaald en is er een tekort. Wie in Nederland een behandeling wil, staat nu twee tot drie jaar op een wachtlijst”, zegt De Gucht. Tegelijk leeft bij donorkinderen de wens om hun biologische vader te leren kennen of er tenminste iets van te weten te komen. “Nu is dat onmogelijk”, zegt Sabien Lahaye-Battheu. “Spermadonatie verloopt volstrekt anoniem. Er is geen enkele mogelijkheid om de vader te traceren. Het fertiliteitscentrum mag zelfs niet zeggen of hij pakweg blond of bruin haar had.” Om daar een mouw aan te passen, hebben De Gucht en Lahaye-Battheu een verregaande hervorming van de wetgeving uitgewerkt. “We willen vooral meer keuzevrijheid aanbieden aan wensouders én donoren”, zegt De Gucht. “Zo willen we mogelijk maken – niet verplichten – dat wensouders en later ook het donorkind toegang krijgen tot een aantal uiterlijke en andere kenmerken van de donor, zonder dat die tot zijn identificatie kunnen leiden”, zegt Jean-Jacques De Gucht. “De donor moet daar wel zijn toestemming voor geven.” “We willen het ook mogelijk maken dat het kind vanaf zijn 18 jaar het fertiliteitscentrum kan vragen om contact te leggen met de donorvader. Als die op dat ogenblik instemt, kan er een ontmoeting plaatsvinden. Uiteraard kan dat alleen als de donor van bij het begin aangeeft dat hij bereid is om gecontacteerd te worden door het centrum als het kind 18 is”, zegt De Gucht. “Daarnaast moeten we de mogelijkheid van anonieme zaadceldonatie behouden om genoeg donoren aan te trekken.”

Taboe

Ten slotte willen Sabien Lahaye-Bathheu en Jean-Jacques De Gucht ook dat de fertiliteitsklinieken wensouders verplicht informeren dat ze hun kind tijdig op de hoogte moeten brengen dat het verwekt is met donorsperma. “Vroeger werd het lang geheim gehouden. Het was een taboe”, zegt Lahaye-Battheu. “Als zo’n kind als tiener er dan zelf achter komt, leidt dat vaak tot problemen en een vertrouwensbreuk”, zegt De Gucht. “Daarom vinden de meeste psychologen dat het beter is om het kind op de hoogte te brengen vanaf een jaar of 8.”

Andere nieuwsberichten

Algemeen

Jean-Jacques De Gucht kookt ajuinsoep

Algemeen

EHBO in onderwijs en jeugdbewegingen kan jaarlijks 100.000 levens redden