Algemeen

Kan politiek de cultuur redden?

Dit bericht delen

Woensdag is het zover. Dan spreken de politieke partijen zich in een debat in de AB, mee georganiseerd door De Standaard en de KVS, uit over de plek die cultuur in de samenleving mag innemen. Is cultuur het cement van het volk, of net de luis in de pels? En in welke hoedanigheid kan ze op geld rekenen? En mag het theater politiek bedrijven, zoals Malpertuis dezer dagen doet, en ons wijzen op de gaten in de democratie? Hoog tijd voor een paar prangende vragen aan de deelnemers, bij wijze van opwarming. Eén van hen is Jean-Jacques De Gucht, Vlaams parlementslid voor Open-Vld.

1. Mag kunst gewoon kunst zijn of moet ze een doel dienen?

‘Kunst heeft recht op vrijheid. Het is haar voorwaarde om het bindmiddel te kunnen zijn tussen mensen, ook tussen hen die erg van elkaar verschillen. Naast de filosofische vraag is er ook de economische realiteit: ik vind het normaal dat als je via subsidies belastinggeld verdeelt, je ook een bewijs vraagt dat een cultuur- of kunstorganisatie zowel op zakelijk als op artistiek vlak goed gerund wordt. Daar zit ook de taak van de overheid: de sector een duurzame toekomst bieden door ervoor te zorgen dat ondernemerschap haar intrede doet. Dat ondernemerschap niet ondenkbaar is in de culturele sector, bewijst een studie die aantoonde dat voor elke euro die geïnvesteerd wordt, de overheid anderhalve euro terug kan krijgen.’

2. Welk kunstwerk heeft uw visie op de wereld veranderd?

‘Kunst heeft niet zozeer mijn blik op de wereld veranderd – wat ik best een groot woord vind – maar wel mijn blik op cultuurbeleving. Mijn ouders hebben me van jongs af meegenomen naar musea. Als kind vind je een museum een saaie plek, maar toen ik op een dag Number 10 van Mark Rothko zag, voelde ik voor het eerst iets bij een kunstwerk. Het is het beginpunt geweest voor mijn interesse in kunst en cultuur.’

3. Moet de volgende minister van Cultuur een kunstenaar zijn?

‘Mij maakt dat niet zoveel uit. De volgende minister van Cultuur moet geïnteresseerd zijn in cultuur, een ambassadeursrol vervullen en een goed manager zijn: drie eigenschappen die Joke Schauvliege niet had. In de privésector was ze al lang ontslagen. Belangrijker dan de discussie of de post naar een kunstenaar moet gaan, is dat de ministerkeuze niet de indruk mag wekken dat de portefeuille als troostprijs wordt toebedeeld.’

4. Als je moet kiezen tussen het ­budget voor cultuur halveren of ­verdubbelen, wat wordt het dan?

‘Ik weet dat je me gaat zeggen dat ik moet kiezen, maar ik vind dat budgetten samen gemaakt moeten worden. In die zin dat de cultuursector er via privégeld voor moet zorgen dat de overheid niet de enige geldschieter is. Maar ook dat de overheid voor een fiscaal kader zorgt zodat de sector ook in mindere tijden uiteindelijk toch op een hoger, extern budget kan rekenen. Denk aan de tax shelter: die werkte voor de audiovisuele sector, waarom niet voor kunst en literatuur? Als het cultuurbudget halveert of verdubbelt, is dat gedeelde verantwoordelijkheid.’ (vsa)

Andere nieuwsberichten

Algemeen

De gelijkwaardigheid van elk individu

Algemeen

Ik heb geen naam om op affiches te zetten