Verscholen in een antwoord op een parlementaire vraag blijkt dat gedetineerde terreurverdachten erin slagen contact te leggen met jihadisten in Syrie en Irak. Dit is uiteraard onaanvaardbaar. Je kan mijn reactie in het VRT Journaal hier herbekijken.
Opgesloten terroristen en geradicaliseerde gedetineerden blijken erin te slagen te communiceren met hun familie, het criminele milieu en met andere jihadisten. Dat schrijft De Tijd. Er zijn ook al nepwapens ontdekt in de gevangenisafdelingen waar de zwaarste terroristen opgesloten zitten. Dat blijkt uit nota’s van de veiligheidsdiensten die het kabinet van minister van Justitie Koen Geens (CD&V) ongewild heeft vrijgegeven aan senator Jean-Jacques De Gucht (Open VLD). Geens wijst erop dat gevangenissen onmogelijk hermetisch kunnen worden afgesloten.
Volgens De Gucht gaat het over vertrouwelijke informatie die niet was geschrapt uit de definitieve antwoorden van Geens op schriftelijke vragen van De Gucht.
Volgens De Gucht vormen gsm’s het grootste probleem. “Als het over die gsm’s gaat, wordt er inderdaad geantwoord dat er gsm’s circuleren, maar in de acherliggende nota die we hebben teruggevonden wordt wel gezegd dat er inderdaad gsm’s gevonden zijn bij terror fighters en dat er contacten zijn gelegd met gsm’s op het thuisfront, onder elkaar of met gebieden in Syrië en Irak.”
“Voor alle duidelijkheid: ik heb geen probleem met de antwoorden van het kabinet-Geens”, zegt De Gucht aan VRT NWS. “Ik stel vragen omdat ik denk dat we op een andere manier moeten werken – zowel op Europees als op Belgisch vlak – als het gaat over de manier waarop we met terreurverdachten moeten omgaan.”
“Ik zeg alleen dat we met een probleem zitten omdat onze gevangenissen nog altijd niet uitgerust zijn met een systeem waarbij netwerken worden gestoord en waardoor je niet kan communiceren, ook al heb je 20 smartphones in je cel”, aldus De Gucht. “Dat zijn dingen die bestaan. Dat betekent dat je ze moet installeren zodat er geen contacten mogelijk zijn.”
Verder vindt De Gucht dat Vlaanderen werk moet maken van deradicaliseringsplannen, ook voor jongeren. Dat het kabinet-Geens geen overzicht geeft van het aantal terreurverdachten met een enkelband, noemt hij problematisch: “Dat betekent dat er geen zo’n goede comunicatie is tussen de deelstaten en het federaal niveau op het vlak van opvolging van gedetineerden of van mensen die een enkelband dragen.”
“Wij doen onze maximale best”
Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) spreekt met klem tegen dat wantoestanden bestaan in de vleugels van de gevangenissen die bestemd zijn voor geradicaliseerden.
“In elk geval kan ik verwijzen naar het onderzoeksrapport van de parlementaire onderzoekscommissie waarin de staatsveiligheid tot twee keer toe heeft duidelijk gemaakt dat een hermetische opsluiting onmogelijk is, dat geen enkele gevangenis in de wereld in staat is om volledig hermetisch te functioneren zodat er geen contact met de buitenwereld mogelijk is”, aldus Geens.
“Over de situatie van de terreurverdachten in de gevangenissen is er uitvoerig onderzoek geweest van de parlementaire onderzoekcommissie”, zegt hij nog. “Wij doen onze maximale best om die speciale vleugels van de gevangenissen zo goed mogelijk te laten functioneren.”
